Willem, de Vlieland schommelt meer dan de Friesland. De Friesland zal het denk ik makkelijk redden naar Vlieland, ook in storm. Maar door de plattere neus zal de Friesland veel meer snelheid verliezen.
De Friesland ziet er nog goed uit voor de leeftijd en is een mooi schip als reserve.
Ik denk dat de Koegelwieck eerder vervangen zal worden. De vraag naar snel vervoer neemt toe, vooral ook naar Vlie (Immers daar ging bijna nooit een rechtstreekse sneldienst heen in zomer). Ook stamt de Koegelwieck uit de late beginperiode van aluminiumbouw bij schepen, waardoor ik verwacht dat vermoeiing ook eens een rol zal gaan spelen... Het zou mijn niet verbazen dat er nog iets vergelijkbaars als de Tiger komt (de Lion inderdaad) binnen een aantal jaren.
Investeren is immers nu aantrekkelijk, nu je 15 jaar 'verzekerd' bent van het vervoer naar die eilanden.
Investeringen leveren "afschrijvingen" op en dat zijn lasten die uit de exploitatie en dus het bootkaartje moeten komen. Dat bootkaartje moet qua prijsstelling gelijkmatig blijven, veel meer dan een verhoging met de inflatiefactor zit er niet in. Ga je dus onmiddellijk groot investeren, dan worden de afschrijvingen hoger en de winst en dus het rendement lager.
Voor zover ik me kan herinneren heb ik hier wel eens eerder iets over de afschrijvingen gezegd en de daaruit voortvloeiende noodzaak voor een rederij om met een bijna vast interval de schepen gelijkmatig te vervangen. Bij TESO zie je dat heel goed; vervangen om de twintig jaar, wat bij de schepen dus op één nieuwbouw per tien jaar neerkomt. Bij Doeksen ligt dat wat moeilijker vanwege de integratie van de beide diensten + daar bovenop de aparte sneldienst en aparte vrachtdienst.
Die concessietermijn maakt voor de vervanging niets uit, daar hoeft de rederij geen rekening mee te houden, want een "nieuwe" concessionaris neemt de toko gewoon over inclusief schepen en dat gaat dan tegen de boekwaarde = aanschafwaarde -/- afschrijvingen. Discussie wordt dan nog of dat geficaliseerd is of niet (vervangingswaarde versus aanschafwaarde).
Zo maar even een paar miljoen op tafel smijten is er dus niet bij.
Ten aanzien van de sneldienst is de zaak ook weer gecompliceerder geworden dan-ie was. Oorspronkelijk was het één snelboot, geen reserve, nu zijn dat er twee en van een pure reserveboot is al geen sprake meer, al wordt de Koegelwieck minder intensief ingezet dan de Tiger. Ook daarin zal dus scherper gerekend moeten worden. De schepen hebben gewoon een vaste capaciteit en overstijgt de vervoersvraag die, dan zal men moeten vervangen of de capaciteit beter benutten door meer vaarten. Dat wordt dan weer een volgend vraagstuk, want binnen de concessievoorwaarden kan je niet terug naar een minder serviceniveau.
Zoals ik al zei: het wordt daar steeds interessanter.