Uit eigen overlevering weet ik de geschiedenis van de jaren '50.
Vanaf Harlingen via Blauwe Slenk naar de Vlieree en dan stuurboord uit het Schuitengat in.
Het Schuitengat vertoonde eind jaren 50/begin jaren 60 ook een ondiepte want ik zie Corrie Haringa bij laagwater nog peilen vanaf de toenmalige Friesland, terwijl de boot langzaam over "de drempel" schoof, zoals dat in die jaren heette. Later vedween die drempel weer.
In de jaren '80 splitste het Schuitengat zich in een Zuid en een Noord gedeelte. Het zuiderdeel was minder diep dan het Noorder. De Berenboot moest bij laagwater altijd langs het Noorderlijke deel, maar liep steeds vaker vast. Ook de toenmalige Schellingerland moest vaker en vaker uitwijken naar het noordergedeelte.
In 1995 was de situatie niet meer houdbaar en voer de boot vanuit de Vliestroom eerst het Boomkesdiep in om even later met een scherpe boog stuurboord uit het Schuitengat in te draaien, vlak langs de Noordvaarder.
Helaas hield die route ook niet lang stand. Ik weet niet meer precies in welk jaar, maar kort daarop werd de Slenk uitgebaggerd. Dat kostte volgens Rijkswaterstaat minder moeite dan het op diepte houden van het Schuitengat.
Toen de Slenk op diepte was werd de route verlegd vanaf de Vliestroom naar de Meep en de Slenk. Daarna het laatste stukje via het Schuitengat.
De Oosterschelde (charterschip in de zomers 1959-1963) stak zo ondiep dat die soms bij hoogwater via Oosterom naar Harlingen voer. Welke route precies na het Oosterom werd gevolgd, is mij niet bekend.